Vanaf 2024 mag ik op uitnodiging van het Moslim Archief columns gaan schrijven over het Moslim Erfgoed. Hier vindt u ze op de site van het Moslim Archief. Ik neem dezelfde teksten ook op deze site op. Ik schrijf over dit onderwerp met veel plezier en vanuit een aantal gegroeide overtuigingen. U vindt die hieronder als Algemene achtergronden.
Nederland kent een Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed. Het belang van “ons erfgoed” wordt daarmee nog eens onderstreept. Motto: Geef de toekomst een verleden. Ik vind dat een mooi motto en een goede opening om het ook over Moslim Erfgoed te hebben. Want dat blijft behoorlijk onderbelicht, wordt behoorlijk onderschat en wordt af en aan behoorlijk weggezet. Ten onrechte.
- Algemene achtergronden
- Maatschappelijk en Wetenschappelijk Erfgoed – over de Arabische en islamitische Inbreng terzake van deze domeinen
- Gedachten-Erfgoed – over Verdringing, Oogkleppen en Geschiedsvervalsing
- Taalkundig Erfgoed – over de invloed van het Arabisch op de Nederlandse Taal
Het gaat dus over Inbreng, Verdringing en Taal.
Algemene achtergronden
Geheel terzijde: in de tijd dat ik zelf in Nederland academische filosofie studeerde was dat “westerse filosofie”, hoewel het die beperkende benaming nergens aan een universiteit heeft. Integendeel: “algemene wijsbegeerte” heet het. Maar niet-Westerse perspectieven blijven buiten zicht. Geen aandacht voor het midden-oosten (arabische dan wel islamitische perspectieven), het verre oosten (boedhisme uit India, Chinese perspectieven (Confucius, TAO) of Japanse inzichten (Kintsugi). Ook geen aandacht voor Afrikaanse (Ubuntu) of Latijns Amerikaanse benaderingen. Hoe Eurocentrisch kun je het krijgen? Van interculturele filosofie heeft aan de Nederlandse universiteiten (dan ook)(bijna) nog nooit iemand gehoord.
Wonend in al-Andalus (het huidige Zuid Spanje – de Alpujarras) verbaasde en verbaas ik mij vanuit een filosofisch perspectief keer op keer, en meer en meer over het relatief “moderne” Eurocentrisme, dat zich geen rekenschap lijkt te willen of te kunnen geven van de (voor-)geschiedenis, en daarmee van haar Erfgoed, ook in Nederland.
Ik kijk inmiddels breder (dan filosofie). Ik kijk naar doorwerking van de arabische en islamitische invloedssferen op onze huidige (Westerse en Nederlandse) samenleving, wetenschap (incl. filosofie) en op onze taal. Dat zijn de drie thema’s van mijn Columns (inbreng, verdringing en taal).
Het is deze verbazing van waaruit ik mijn columns voor MA schrijf. Ik baseer mij overigens op bestaande teksten. Het zijn teksten die voor mij voelen als bevestigingen van mijn eigen gevormde uitgangspunten, meningen en perspectieven. Het zijn toegankelijke teksten, al is mijn wetenschappelijke grondhouding nooit ver weg. Mijn proefschrift ging ooit al over: “Wisselende perspectieven”. Inmiddels vind ik Zeitenwende wel zoveel zeggingskracht hebben.
Vanuit deze verbazing vertaalde ik niet alleen het boek over de Islam van Ahmet Kuru, maar heb ik nog een paar vertaal-projecten op het oog. U kunt het hier meelezen.
Maatschappelijk en Wetenschappelijk Erfgoed – over de Arabische en islamitische Inbreng
Romauld Landau (1899–1974) werd geboren in Polen. Hij werd Engels staatsburger toen hij in de Tweede Wereldoorlog als vrijwilliger ging dienen in de Royal Air Force. Landau was beeldhouwer, schrijver, docent, ambtenaar buitenlandse zaken en een expert in de Arabische en Islamitische cultuur, met een bijzondere belangstelling voor Marokko. In 1958 verscheen van zijn hand “The Arab Heritage to Western Civilization”. Het boek werd enkele malen herdrukt, het laatst in 2003 (21 mei door de University Press of the Pacific Paperback 92 blz.). Deze tekst van Landau geeft een mooi overzicht en inzicht in de Arabische en islamitische inbreng in het “latere Westen”.
Het mag verrassend lijken dat het christendom, hoewel meer dan zeshonderd jaar vóór de islam ontstaan, in belangrijke mate niet alleen in de voetsporen van de islam trad, maar er ook behoorlijk schatplichtig aan is. Lees hier verder.
Gedachten-Erfgoed – over Verdringing, Oogkleppen en Geschiedsvervalsing
Het verhaal dat we in boeken over de Renaissance lezen vertelt ons dat Petrarca en Poggio de boeken uit de oudheid herontdekten die eeuwenlang in middeleeuwse abdijen waren gekopieerd. De herintroductie van de Griekse wetenschap en filosofie begon echter in de twaalfde eeuw, maar vond vooral plaats in de dertiende eeuw. Deze werken werden voor het eerst vertaald in het Syrisch en Arabisch in de achtste en negende eeuw en opgeslagen in het Huis van Wijsheid in Bagdad.
Daar werden ze gelezen, gebruikt en becommentarieerd door Arabische filosofen, van wie Averroës (1126–1198), die in Cordoba woonde, de bekendste was. De vertaling van zijn commentaren op Aristoteles heeft de Europese filosofische scene ingrijpend veranderd. Averroës, die ook een eigen filosofie ontwikkelde, had tot in de zestiende eeuw navolgers in Latijns-Europa.
Zijn werk was bekend en hij verscheen in de geschiedenis van de filosofie tot het midden van de negentiende eeuw, toen de Arabieren uit de geschiedenisboeken werden verdreven. Een van de redenen was de uitvinding van het concept van de Renaissance. Dat die Renaissance in Bagdad begon wil een al te Eurocentrisch Westen lange tijd niet horen. Tijd voor een Zeitenwende. Lees hier verder.
Taalkundig Erfgoed – over de invloed van het Arabisch op de Nederlandse Taal
Koffie, kaffer en katoen is de titel van een boek geschreven door Marlies Philippa (1e druk 1989, 2e druk 2008). Het Nederlands kent talrijke woorden die uit het Arabisch afkomstig zijn. Uit alle sferen van de Arabische cultuur hebben we woorden geleend: eten en drinken, erotiek, scheepvaart en handel, de dierenwereld en muziek, maar ook wetenschappen als geneeskunst, scheikunde, wiskunde en sterrenkunde. Veel woorden gebruiken we dagelijks en zonder te weten waar ze vandaan komen of wat hun achtergrond is. In ‘Koffie, kaffer en katoen’ wordt van al deze woorden de geschiedenis verhaald.
We leren de oorsprong van de leenwoorden, en krijgen daarmee doorkijkjes naar de cultuur waaraan we de woorden hebben ontleend. Het boek besluit met een register van de behandelde woorden in de internationaal meest gebruikte transcriptie (met voorkomende dialectvormen) en de woorden in Arabisch schrift.
Met de immigratiegolf uit mediterrane landen kwamen veel Arabische woorden rechtstreeks in het Nederlands terecht. Dat ging heel anders met de Arabische woorden die we al hadden: die bereikten ons vaak via een lange en kronkelige weg. Lees hier verder.