Column voor het Vriendenmagazine ISVW december 2023. Met als thema: De ondraaglijke lichtheid van het bestaan. Hier mijn column als pdf.
Is ons lot een reeks variaties op hetzelfde thema? Zo kun je de inhoud en de presentatie van het boek van Milan Kundera in vraagvorm, weergeven. “De manier waarop Kundera de anekdotiek presenteert, versterkt de dwingende eenheid ervan. Kundera vertelt niet rechttoe-rechtaan, maar levert eerst en vooral commentaar bij de anekdoten, die de lezer daarom meestal slechts indirect opgediend krijgt. Het gaat Kundera immers om de ideeën achter de anekdoten. De werkelijke krachttoer van De ondraaglijke lichtheid van het bestaan is het merkwaardige verschijnsel dat de uitrafelende rationaliteit de compositie niet kapot maakt, maar integendeel bijdraagt tot de esthetische eenheid ervan.” Aldus Leo Geerts in zijn boekbespreking in 1985.
Ibn Arabi en de Eenheid van het Bestaan
Dat geeft een goede ingang naar de positie van Ibn Arabi, de islamitische denker uit al-Andalus. Voor Ibn Arabi betekent geloven in God fat je in álle vormen van de wereld een openbaring van God ziet. Er is een Eenheid.
Die Eenheid is er in alle religieuze tradities.
De Waarheid is in alle dingen aanwezig. Ibn Arabi overstijgt met zijn inzicht dan ook de islamitische traditie, al blijft hij daar volstrekt in staan.
De Waarheid is alom tegenwoordigheid.
Er is zo wel een spanning tussen universalisme en particularisme waar wij een evenwicht in moeten zoeken en vinden. De mystiek biedt ons zo’n evenwicht tussen gebondenheid aan en vrijheid van traditie. Een citaat:
“Wat de wetenden betreft, die de dingen kennen zoals zij in werkelijkheid zijn, zij vertonen (naar uiterlijk) een houding van afwijzing jegens de aanbidding van dergelijke vormen omdat hun graad van kennis hen er bewust van maakt dat zij, op grond van het gezag van de Gezondene waarin zij geloven en door wie zij gelovigen genoemd worden, onderworpen zijn aan de regel van het tijdsbestel. Zo dus, niettegenstaande hun bewustzijn dat de polytheïsten niet de vormen zelf aanbidden maar alleen God in hen, vanwege de dominantie van de goddelijke Zelfmanifestatie daarin, zijn zij toch dienaren van hun tijdsbestel. De verwerper, die er geen besef van heeft hoe Hij zichzelf manifesteert, is geheel onwetend hiervan (van de innerlijke vrijheid van de mysticus), gezien de ware wetende dit alles verbergt voor de Profeet, de Gezondene en hun volgers.”
De Eenheid van het Zijn
De theorie van wahdat al-Woedjoed (Eenheid van het Zijn) werd voor het eerst gesystematiseerd door zijn leerling en schoonzoon Sadr al Dien al-Qoenawi (gest. 1274). Ibn Arabi zelf heeft de terminologie nooit zo gebruikt. Michiel Leezenberg tekent aan dat “woedjoed” bij Ibn Arabi vaak ook “vinden” of “zich bevinden” betekent. Wat de associaties met Milan Kundera alleen maar versterken wat bij betreft. In een aantal teksten van zijn werk, met name Futûhât en Fusus al-Hikam brengt hij naar voren dat ‘de realiteit van het Zijn uniek is’ en dat God het Wezen in de absolute zin is, het ware wezen, het noodzakelijke wezen. Ibn Arabi’s notie van wahdat al-Woedjoed is de nadrukkelijke en hyperbolische interpretatie van eenheid (tawhd), een pijler van de islam.
Waar de Eenheid oplicht is elke lichtheid niet langer ondraaglijk.