“Islamofobie is een woord dat inmiddels stevig verankerd is in het publieke debat, maar vaak ook onderwerp van misverstand en controverse. Is het een vorm van anti-religieuze intolerantie? Een irrationele angst? Of is het een woord dat slechts bedoeld is om kritiek op islam tegen te gaan? Of gaat het om iets diepers – iets structureels?”
In de komende maanden (het is nu juli 2025) gaat Martijn de Koning van de Radboud universiteit in een serie blogposts in op het onderwerp islamofobie. Hij zal verduidelijken dat islamofobie niet zomaar een probleem is van persoonlijke vooroordelen, maar een maatschappelijk en politiek fenomeen dat nauw verweven is met racisme.
“Islamofobie kan begrepen als een moderne, geopolitiek ingebedde vorm van racisme. Cruciaal daarbij is het begrip racialisering: het proces waarbij mensen niet alleen anders worden gemaakt, maar als wezenlijk anders worden geconstrueerd – als een categorie buiten de norm.” Aldus Martijn.
Dat was dan toch wel anders in het oude al-Andalus. Convivencia was een soort van drie geloven op één kussen. Daar kwam Iblis toen niet tussen. Deze Spaanse term , die ‘coëxistentie’ of letterlijker ‘samenleven’ betekent, wordt geassocieerd met de complexe wisselwerking tussen religieuze, sociale en culturele gebruiken van moslims, christenen en joden op het middeleeuwse Iberisch schiereiland.
In zijn eerste blog over dit onderwerp houdt Martijn ons nogal wat voor:
“Het seculiere zelfbeeld van Europa, de logica van antiradicaliseringsbeleid, en de framing van cultuur als risico dragen allemaal bij aan een wereld waarin moslims als ‘de ander’ blijven fungeren – vaak zonder dat het zo wordt benoemd. Wat vraagt dit van ons?
Als we islamofobie werkelijk willen begrijpen – en bestrijden – dan moeten we bereid zijn om dieper te kijken dan het oppervlak. Niet alleen naar hatelijke uitingen of incidenten, maar naar de systemen en structuren die uitsluiting mogelijk maken en in stand houden. Dat betekent ook dat we onszelf en onze samenleving durven bevragen:
- Wat beschouwen we als normaal, en wie valt daarbuiten?
- Waarom zien we religieuze expressie bij sommige groepen als problematisch en bij andere als privézaak?
- Wat zien we eigenlijk als religie en wat niet?
- Hoe kunnen we werkelijk inclusief denken, voorbij de illusie van neutrale waarden?
Islamofobie begrijpen is geen academische oefening. Het is een stap naar meer rechtvaardigheid.”
In mijn woorden: een stap naar meer convivencia.
Hier vind je Martijn’s blog (en straks ook de volgende)