Het boek van Ahmed Kuru is geen filosofisch boek. Kuru is een politiek wetenschapper. Dat levert een andere onderzoeks-strategie en andere perspectieven op. Niettemin veel overlap en veel synergie.
Ahmed Kuru in België en Nederland – mei 2023
Maandag 8 mei – Universiteit van Antwerpen
14-16.30: small seminar for experts
19.30: Public lecture for a broader audience.
Dinsdag 9 mei – Den Haag – International Studies Program (Leiden University)
Afternoon (TBA)
Woensdag 10 mei – Universiteit van Amsterdam
17.00: Public lecture in this venue
Donderdag 11 mei – Universiteit van Amsterdam, AISSR
10.00-12.00: small seminar for experts
Donderdag 11 mei – Universiteit Utrecht
15.30: Public Lecture. This event has already been announced online
Mijn plaatsbepaling bij wijze van (mijn beoogd) Naschrift bij de Nederlandse vertaling van zijn boek
Kanttekeningen van de vertaler en een nadere plaatsbepaling
Vertalen in een domein met historische, mondiale en maatschappelijke ondergronden, achtergronden en uitgangspunten heeft zo zijn ongemakken. Ik ben geen “technisch vertaler”, maar weet en voel mij inhoudelijk betrokken bij dit boek van Ahmet Kuru. Te beginnen met het schilderij van Giorgone op de kaft. Dat is al jaren mijn “lijf-schilderij”. Ik woon in het voormalige al-Andalus in Zuid-Spanje. Van daaruit kijk ik naar het “doorgeven van kennis”, zoals dat ook in het boek van Violet Moller, “The Map of Knowledge” wordt beschreven (in het Nederlands luidt de titel wat vlakker: “De Zeven Steden” en spreekt de ondertitel wat meer: “Een reis door duizend jaar geschiedenis: hoe ideeën uit de oudheid ons bereikten.”). Op voorhand: er is sprake van veel meer dan alleen maar “doorgeven van kennis”.
Deze kanttekeningen gaan ook expliciet in op een aantal kernbegrippen in dit boek. Waarover geen (of zo min mogelijk) misverstanden moeten ontstaan. Ik bespreek zowel een aantal termen, als een aantal onderliggende dan wel achterliggende aspecten. Vanuit mijn eigen (mede filosofische) belangstellingen. Ze helpen de lezer hopelijk weer wat verder in haar of zijn begrip.
Het schilderij van Giorgone
De drie filosofen is de titel van een schilderij toegeschreven aan de Renaissance-schilder Giorgione.
Er zijn verschillende interpretaties over wat er op het doek wordt getoond.
Eén interpretatie is dat het schilderij de chronologische overdracht toont van kennis van de Griekse filosofie, via Arabische vertalingen naar de westerse Renaissance.
Een andere duiding is dat het schilderij de leeftijden of de groeifasen van de mens toont; van jeugd naar volwassenheid naar ouderdom.
Een derde interpretatie gaat over de drie graden van inwijding die we onder andere tegenkomen in de vrijmetselarij.
The Map of Knowledge van Violet Moller – ofwel: De Zeven Steden
Violet Moller brengt tot leven hoe kennis ons heeft weten te bereiken van de oudheid tot nu in een boek dat leest als een avonturenroman, aldus Peter Frankopan, auteur van De zijderoute. Het boek doet verslag van hoe kennis over de astronomie, wiskunde en geneeskunde sinds de oudheid is blijven bestaan
De zeven steden laat zien hoe de wetenschap zich heeft ontwikkeld tussen de klassieke oudheid en de renaissance; een periode die van groot belang is geweest voor ons huidige denken. We volgen de belangrijkste ideeën, de basis van de hedendaagse geneeskunde, wiskunde en astronomie, op een spannende reis die werd voortgedreven door een onverzadigbare nieuwsgierigheid naar de wereld.
Violet Moller schetst de afgelegde route, langs zeven steden en over een periode van meer dan duizend jaar. We worden meegenomen naar het zesdeeeuwse Alexandrië en het negende-eeuwse Bagdad, naar het islamitische Córdoba en het katholieke Toledo, naar Salerno’s middeleeuwse medische school en Palermo, de hoofdstad van Sicilië met een levendige mix van culturen, en uiteindelijk naar Venetië, waar de drukpersen geometrie mogelijk maakten en zorgden dat de enorme hoeveelheid geschriften over het sterrenstelsel en de geneeskunde nog beter konden worden verspreid. Het boek van Moller onderbouwt zo duidelijk een deel van Kuru’s argumentaties, vanuit een geheel eigen perspectief.
Autoritarisme en onderontwikkeling versus Bloeiperiode en hedendaagse crisis
Autoritarisme is een systeem (meestal een dictatuur) waarbij alle macht berust bij een kleine groep die niet aan enigerlei vorm van controle onderworpen is. Onder-ontwikkeling spreekt in zekere zin voor zichzelf, al lijkt het wel van een maatstaf of maatstaven uit te gaan. Dat kunnen economische maatstaven zijn (BNP, begrotingstekort of werkeloosheid), maar ook sociale en culturele. Dan wordt het moeilijker. Alertheid bij het lezen helpt dan. De auteur, de uitgever en ik hebben er voor gekozen deze ondertitel niet over te nemen, maar te kiezen voor “Bloeiperiode en hedendaagse crisis in de moslimwereld.” Dat geeft de twee kanten van Kuru’s argumentaties goed weer.
Ulema-State-Alliance, gewoon vertaald als Oelama-Staat-alliantie
Ulema = Oelama
Met Ulama, Ulema of Oelama worden de personen bedoeld die de religieuze kennis van de islam bewaken, over- en uitdragen, en uitleggen. Daaronder begrepen de Islamitische doctrine en het recht. Het is een Islamitisch begrip. Ik gebruik de schrijfwijze Oelama. Je kunt wel “geestelijken” of “geestelijkheid” zeggen, maar dan komt onherroepelijk een christelijke connotatie binnen. En dat moet niet. De positie van de Oelama is niet vergelijkbaar met die van priesters, de pastoor en de dominee. “Schriftgeleerden” is te beschrijvend en ook te associatief.
State = Staat?
Wat verstaan we onder “Staat”. Laten we zeggen – een staat is een land met een eigen onafhankelijk bestuur, en met een hiërarchische, politieke organisatie die gezag uitoefent over de plaatselijke bevolking. Het staatsgezag is gelegitimeerd door een vorm van recht, waarvan de naleving wordt afgedwongen met het geweldsmonopolie, het alleenrecht van de overheid op het gebruik van geweld. Het is een volstrekt neutraal en algemeen begrip. Een “land (of “country”) duidt al meteen veel meer op een nationalistisch dan wel politieke eenheid. En om die aspecten gaat het niet bij “staat”.
Alliance = Alliantie?
Een alliantie of een bondgenootschap is een verdrag tussen staten, zakenpartners of individuen, omwille van een gemeenschappelijk voordeel. Met betrekking tot de Oelama en de Staat is wel de vraag gesteld of het hier om gelijkwaardige partners gaat. En of “Alliantie” niet “teveel” suggereert. Andere woorden kunnen natuurlijk ook, zoals bond, bondgenootschap, band, verbinding, associatie etc. Ik heb dit begrip uiteindelijk ook maar beperkt vertaald. Met “Alliantie”. Hoewel daar wel iets op af te dingen is. En het goed begrepen moet worden.
Verder taalkundig ….
Ik onderscheid geleerden van wetenschappers. Ik gebruik het woord “geleerden” voor de periode tot de middeleeuwen, en in de context van het arabisch/islamitisch gedachtengoed. Ik gebruik het woord “wetenschapper” voor de “moderne tijd”.
Ik heb het woord “polymaat” overwegend onvertaald gelaten. Het komt van het Griekse polymathēs, wat betekent ‘veel geleerd hebbend’. Wij hebben er niet echt een goed woord Nederlands woord voor. Sommige wetenschappers gebruiken gewoon het woord Polymath in hun Nederlandse teksten, anderen spreken van Renaissance man of universele mens. Ik schrijf “polymaat”. Denk gerust: duizendpoot.
Het begrip “rentier state” vertaald als de “uitwinnings economie” of de “uitwinnings staat”
“Rent” en “rent seeking” zijn Engelse begrippen uit de micro economie, afkomstig van Gordon Tullock. Ze laten zich slecht vertalen in het Nederlands. “Rent” is een economisch voordeel waar geen productieve of dienstverlenende inspanning tegenover staat. “Rent seeking” gebeurt dan door individuen of organisaties (ondernemingen; overheden e.a.) die daar gebruik (misbruik) van maken. Het begrip “rentier state” wijst dan op de (centrale) overheid (de staat) die zulk economisch gedrag vertoont. We spreken van een “rentier state” wanneer de inkomsten van een staat voor meer dan 40% uit natuurlijke (hulp)bronnen komen (Giacomo Luciani. “Allocation vs. Production States: A Theoretical Framework”, in Hazem Beblawi and Giacomo Luciani, eds., The Rentier State (London: CroomHelm, 1987).
We kennen het begrip “oliestaten”. Daar duidt Kuru overwegend op. Maar ook landen als Egypte (met hun Suez-kanaal), Nepal (met het verlenen van vergunningen voor bergbeklim-expedities) en de Filipijnen (die leunen op de gelden die buiten het land werkende onderdanen naar familie in het land sturen) zijn “rentier states” ofwel “uitwinnings economieën”. Ik gebruik het woord “uitwinning” niet in de huidige juridische betekenis, maar als een neutraal woord: “Besparen en uitsparen zijn in zoover van uitwinnen te onderscheiden, dat de eerste het ter zijde leggen of niet aanwenden aanduiden, terwijl uitwinnen meer het zich besparen van grooter moeite of meer geld te kennen geeft, door zich terstond eene geringere moeite of uitgave te getroosten.”
Ik geef de voorkeur aan om de aanduiding “uitwinnings economie” boven “uitwinnings staat” omdat het gedrag slaat op het economisch model en beleid, en niet zozeer op de staatsinrichting. Al wordt die laatste er stellig mede door beïnvloed en al bestaan er talloze wisselwerkingen, zoals Kuru keer op keer duidelijk maakt. Veel zgn. “oliestaten” verkeren inmiddels overigens in een transitie fase, stellig mede gegeven het op termijn opdrogen van de natuurlijke hulpbronnen. Vertalingen als “rentenier staat”, “woekerstaat” of “exploitatie staat” wekken m.i. verkeerde dan wel onnodig negatieve dan wel kwetsende associaties, te weten met een individu dan wel een woekeraar. Terwijl exploitatie te ruim is. “Uitnuttings-staat” had ook gekund. Maar omdat het vaak daadwerkelijk om “winning” gaat koos ik voor “uitwinning”. Als algemene aanduiding voor “rentier state”.
Islamitisch en Islamistisch
Islamistisch is iets anders dan islamitisch. Ahmet gebruikt islamist in deze zin, doelend op groeperingen die streven naar de oprichting van een kalifaat.
De rol van de Islam
Het boek van Ahmet Kuru gaat over de rol van de islam bij het verklaren van de verschillen tussen de maatschappelijke en wetenschappelijke verhoudingen in de Westerse en in de Arabische wereld. Hij onderscheidt daarbij verschillende domeinen in die verhoudingen, zoals in Tabel I.1 op blz. xx wordt verduidelijkt. Het gaat daarbij om “geweld” ( oorlogen en kleinere conflicten), om “autoritarisme”, d.w.z. de mate van electorale democratie, en om “onderontwikkeling” in termen van geletterdheid, scholing en levensverwachting.
En hij onderscheidt 4 verklaringen voor de verschillen, die we empirisch onderbouwd kunnen aangeven: de eerste verklaring is de islam zelf; de tweede is het kolonisatie-proces van de westerse wereld sinds de 18e eeuw; de derde is – wat hij noemt – de alliantie tussen de oelama en de staat; de vierde is het karakter van de uitwinnings-economie is vele moslimmeerderheidslanden. Kuru verwerpt de eerste twee verklaringen. De gouden eeuwen van de Arabische wereld, zowel in Bagdad als in al-Andalus geven volgens hem steun aan de gedachte dat islam helemaal niet in de weg staat aan wetenschappelijke vooruitgang. En hoewel de westerse kolonisatie zeker negatieve effecten heeft gehad was “het onheil toen al geschiedt”. Islamitische geleerden (schriftgeleerden/wetenschappers) hebben hun zielen aan de staat verkocht. Dat leidde tot een oelama-staat alliantie, die verstikkend was voor alle intellectualiteit en alle economische activiteit. En: zonder die laatste twee is er geen vooruitgang. Waarbij Kuru wijst op al die samenlevingen waar wel vooruitgang kan worden aangewezen. Het “rentier state”, lees: uitwinnings-economie karakter van een aantal moslimmeerderheidslanden deed verder de deur dicht, o.a. naar democratische verhoudingen en wetenschappelijke vooruitgang. Van militair gevormde machthebbers, die kunnen profiteren (en leven) van het exploiteren/uitwinnen van natuurlijke hulpbronnen, heeft een bevolking niets te verwachten.
Over de rol van de islam zegt Kuru keer op keer dat die zeker niet gezien kan en mag worden als oorzaak van de huidig gegroeide situatie. Het tegendeel is eerder het geval, wanneer we de geschiedenis in ogenschouw nemen. Daarvoor draagt hij tal van argumenten en bewijzen aan.
Het Vervallen Huis van de Islam van Ruud Koopmans
De Nederlandse hoogleraar sociologie, werkzaam in Berlijn, Ruud Koopmans, is in dat opzicht een soort “hardliner” en one-liner. Hij concentreert zich tamelijk ééndimensionaal op de rol van de islam bij de teloorgang van “de islamitische wereld”.
Op het boek kwam best wat kritiek, maar het narratief van mensen als Koopmans blijft behoorlijk dominant. Mijns inziens ten onrechte.
Ahmet Kuru biedt een wetenschappelijk tegengewicht. Vanuit de politieke wetenschap. Ik vind dat een relevant en inzichtelijk perspectief. Met Kuru vind ik het onzin om “de islam” als enige oorzaak aan te wijzen voor verschillen in de mate van ontwikkeling van westerse en islamitische samenlevingen. “Verlost van onzin” past mij in dat opzicht best goed …
Ghazali wordt de belangrijkste moslim na Mohammed genoemd. Zijn boeken over filosofie, theologie en mystiek orden nog altijd veel gelezen in de islamitische wereld. Ahmet Kuru verwijst meermaals naar Ghazali en diens rol in de vormgeving van de oelama-staat alliantie.
De impact van al-Ghazali
In de Nederlandse taal verscheen in 2021 een vertaling van de autobiografie van Ghazali, onder de titel: “Verlost van onzin”. Niet alleen een vertaling, maar ook een inleiding en toelichting door Cornelis van Lit en Gerko Tempelman.
Dit boek kan helpen om hetgeen Kuru over Ghazali zegt (nog) beter te plaatsen. Ook Van Lit en Tempelman spreken over “verschillende petten” van Ghazali. In “Verlost van onzin” zet Ghazali zichzelf neer als de twijfelende zoeker en allesbehalve de dogmatische betweter zoals hij zo vaak wordt geportretteerd. De schrijvers trekken wat dat betreft een – begrijpelijke – paralellel met de positie en persoonlijke belevingen van Descartes.
Wetenschap & islam vertelt het verhaal van de vergeten wetenschappelijke revolutie die tussen 700 en 1500 plaatsvond in de islamitische wereld.
Het boek laat zien hoe de wetenschap, aangewakkerd door de religie, tot bloei kwam, hoe het verval intrad en waarom deze bloeiperiode van de wetenschap tot op de dag van vandaag door historici, filosofen en wetenschappers zo verschillend wordt geïnterpreteerd.
Van de achtste eeuw tot de zestiende eeuw stonden Europese wetenschappers in de schaduw van hun islamitische collegas. In het hele gebied van Oezbekistan tot Córdoba bloeiden astronomie, scheikunde, techniek,
wiskunde en filosofie als nooit tevoren.
Moesa al-Chwarizmi bedacht de algebra in de negende eeuw. Al-Jazari, een Turkse ingenieur uit de dertiende eeuw,
vond onder meer de krukas uit. Het medisch handboek van Ibn-Sina (Avicenna) was tot 1600 het standaardwerk op iedere Europese universiteit.
Oriëntatie op Het Westen?
We praten tegenwoordig over Het Westen, Het nabije Oosten, Het Oosten en het Verre Oosten en veel minder over Het Noorden en Het Zuiden. In Het Westen kennen we zelfs het Verre Westen (u weet wel – de cowboys). Binnen Europa begrijpen we wat “Noord” en “Zuid” betekent. Amerika kent ook een Noord en een Zuid. Maar verder zijn het geopolitiek best lastige kwalificaties. De opgenomen kaarten spreken eigenlijk meer dan de woorden. Zij zijn niet voor niets opgenomen.
In zijn voorwoord zegt Ahmet Kuru overigens letterlijk: “de meeste mensen in moslim landen zien geweld, autoritarisme en onder-ontwikkeling als problemen; dit boek legt hen geen Westers perspectief op.”
Het is dus zeker niet zo dat Kuru normatieve uitspraken doet over de huidige situatie in de wereld (Deel ! – Het Heden). Hij zoekt (andere) verklaringen voor de teloorgang van “de wetenschap” in veel moslimmeerderheid landen.
Het boek van Ahmet Kuru in de media
Op 10 februari 2020 verscheen een boekbespreking op de website van De Kanttekening: “Turkse academicus: “verval moslimwereld” komt niet door de islam.” Op 23 januari 2022 verscheen een interview in Trouw, door Nuri Kurnaz: “Hoogleraar Ahmet Kuru: “Moslims in het Westen kunnen wederzijds begrip echt mogelijk maken.” En op 1 februari in wederom De Kanttekening een opinie van Kuru zelf: “Verbond tussen geestelijken en de staat belemmert de islamitische wereld.” Alle drie deze Nederlandse teksten geven een summier inzicht in de positie van Ahmet Kuru en in zijn stellingnames.
Op de universitaire website van Ahmet Kuru staan overigens tientallen boekbesprekingen in tal van talen. Dus als u geïnteresseerd bent …
Rudi Holzhauer (1953) heeft een juridische, economische en filosofische achtergrond en opleidingen. Hij woont sinds 2015 in Zuid Spanje en is mede daarom geïnteresseerd geraakt in de periode van al-Andalus. In het bijzonder de onderbelichte rol van de Moorse betekenis voor “het (latere) Westen” en het veel ruimere begrip van “rede” (meer soorten relevante kennis) hebben hem geïnspireerd tot deze vertaling.
Nuri Kurnaz (1998) is historicus en schrijft freelance stukken voor verschillende media. Hij heeft mij geholpen bij mijn vertaling, en grote delen meegelezen, gecorrigeerd en aangevuld. Zijn roots in Turkije en studententijd in achtereenvolgens Amsterdam, Istanbul, Leiden, Parijs en Oxford hebben zijn belangstelling in de islamitische civilisatie, als ook in de analyses van Ahmet T. Kuru aangewakkerd. Intensieve studie van het panislamisme en Europees Oriëntalisme betekende een confrontatie met door het kolonialisme geïnsinueerde kennisvormingsstructuren die Nuri hoopt te dekoloniseren, zoals in dit boek van Kuru en de vertaling ook beoogd wordt.
Maart 2023